Volgens de overlevering gebruikten Spaanse missionarissen de passiebloemen ter illustratie om het kruisigingsverhaal van Jezus Christus
te illustreren. Toen zij de passiebloemen in Amerika ontdekten, zagen zij in de 5 kelk- en de 5 kroonbladeren een verwijzing naar 10 van de 12 apostelen:
Petrus en Judas zijn uitgezonderd.
De 3 stampers leken op de spijkers waarmee Jezus Christus aan het kruis werd genageld. De corona (een bundel van filamenten aan de basis van de kelk- en kroonbladeren)
leek op de doornenkroon van Christus. De kronkelige ranken leken op een zweep. De 3 schutbladeren stelden de 3 Maria’s voor bij het kruis. Het blauw van de bloem
verwees naar de hemel of naar het blauwe kleed van Maria.
Aangezien de Passiebloem pas in de 16e eeuw in Zuid-Amerika ontdekt zijn, moet de legende dat de plant zich om het kruis van Christus geslingerd heeft, naar het
land der fabelen verwezen worden.
Er zijn ruim 500 soorten Passiflora bekend. De passievruchten van een aantal soorten zijn eetbaar. De bladeren van de Passiflora incarnata worden als kalmeringsmiddel
en slaapmiddel in de fysiotherapie gebruikt.
De grootste collectie Passiflora in Nederland is te zien bij de Passiflorahoeve in Harskamp, waar ook deze foto's zijn gemaakt.